Kruimelpad
Slachtvergunning
Particulieren die een dier willen laten slachten in een slachthuis moeten zich éénmalig identificeren en registreren bij het gemeentebestuur.
Voor een particuliere slachting die buiten het slachthuis gebeurt, moet de eigenaar een slachtaangifte doen bij de gemeente. Deze is 8 dagen geldig en moet minstens 2 werkdagen op voorhand gebeuren. Bij deze aangifte moet de aangever in het bezit zijn van zijn registratienummer en het beslagnummer van het bedrijf waar het dier gehouden werd. Dit beslagnummer kan men vragen aan de veehouder waar men het dier gekocht heeft of staat vermeld op het vervoersdocument dat de dieren vergezelt.
Voor particuliere slachtingen van gevogelte, konijnen en klein wild buiten een slachthuis is er geen aangifteplicht en moet er dus geen registratienummer aangevraagd worden.
Rituele slachtingen moeten steeds plaatsvinden in een erkend slachthuis of erkende tijdelijke slachtplaats. Rituele thuisslachtingen zijn verboden. In gemeenten die niet beschikken over een slachthuis kunnen de slachtingen doorgaan op een tijdelijke slachtplaats. Bepaalde inrichtingen kunnen tijdelijk, nl. beperkt tot periode van het offerfeest, erkend worden als slachthuis. Hiertoe moet een aanvraag voor erkenning ingediend worden bij het FAVV en dit ten laatste 2 weken vóór het offerfeest.
Registratienummer en het beslagnummer van het bedrijf waar het dier gehouden werd. Dit beslagnummer kan men vragen aan de veehouder waar men het dier gekocht heeft of staat vermeld op het vervoersdocument dat de dieren vergezelt.
Een slachtvergunning is gratis.